Het is zaterdag, de dag waarop zoveel mogelijk onderzoekers van de afdeling Paarse Lila Elektronen – de afdeling die het tuin- en bosonderhoud doet – naar deze afdeling komen om er een gota te doen. En dat geldt ook voor de zondag. Vergeleken met door de week, wanneer er minder goti’s in de afdeling zijn, geeft het weekend meestal een meer bedrijvige sfeer in de afdeling.
Om te weten waar we vandaag de gota gaan doen, kijk ik eerst in het postvak van de afdeling. Daar lees ik dat vandaag het rosarium aan de beurt is voor het maandelijks onderhoud. Vervolgens ga ik mijn tuinkleren aandoen en ga dan op weg naar het rosarium. Ik zet er flink de pas in. Dat is zo mijn gewoonte, het is mijn manier van lopen. Alsof ik haast heb om ergens op tijd te komen. Onderweg realiseer ik me dat er een lila energie bij me is. Zijn programma van vandaag is lila instrument zijn, wat betekent dat ik vandaag onderzoek kan doen naar hoe ik lilaïsch kan uitvoeren wat de lila energie wil. Al lopend maak ik een babbeltje met hem bij wijze van concentratie. Want dat is iedere dag weer de oefening om door middel van concentratie contact te krijgen met de lila energie.Als ik halverwege ben op mijn weg naar het rosarium, merk ik plots dat ik veel rustiger ben gaan lopen. Dat verbaast me, dat is mijn ‘stijl’ niet. Ook valt me op dat ik al lopend om me heen kijk naar de bomen en struiken langs het pad dat ik volg. Ik realiseer me nu dat die tot de afdeling behoren waarvan ik deel uitmaak. En dat ik daar belangstelling voor kan hebben, ook buiten de tijden dat we expliciet door het bos lopen om daar onderhoud te doen. Ik merk op dat zowel mijn tempo van lopen als de manier waarop ik naar het rosarium loop, anders is dan ik gewend ben. Ik vraag me af of dit het gevolg is van mijn babbeltje met de lila energie, van mijn concentratie op hem. Ik weet het niet, maar het is wel opmerkelijk dat ik hier anders loop dan gewoonlijk.
Zou hij me hiermee laten zien hoe ik een lila instrument kan worden? Weer een vraag waar ik het antwoord niet op weet. Maar ja, dat hoort nu eenmaal bij onderzoek: vragen stellen en op zoek gaan naar het antwoord. En… geen idee hebben wanneer dat antwoord zich aandient.
Wat ik wel als onderzoeksresultaat kan aanmerken is dat ik toch met een wat meer verruimde blik kijk, ook al is het misschien maar voor even. Mijn ‘kokerblik’ van alleen maar vooruitkijken op weg naar de plaats van bestemming, is even buiten zijn grenzen getreden. Daardoor kijk ik met een ander oog naar de bomen en de struiken. Meer vanuit een betrokkenheid in plaats van als een voorbijganger. Dat is fijn om mee te maken.
Intussen ben ik bij het rosarium aangekomen. Een aantal onderzoekers is daar al bezig. Met blij gemoed vanwege deze ongewone start van de dag, voeg ik me bij hen om in de rozenperken de hoopjes, door de wind bij elkaar geblazen blad, te gaan weghalen.
Mia